- Je taalkeuze wordt bewaard.
- Je kantoor wordt onthouden.
- Je sessie wordt beveiligd.
- Je krijgt de standaardversie van onze website te zien. De inhoud wordt niet aangepast aan jouw voorkeuren.
Het Mattheuseffect
3 januari 2025
Het was de onvolprezen socioloog Robert K. Merton[1] die de term Mattheuseffect in 1968 voor het eerst naar voor schoof, weliswaar in een wat andere context dan nu veelvuldig door economisten wordt gebruikt. Wij refereren hierbij naar een mechanisme waarbij aan diegenen die reeds over een aanzienlijk vermogen beschikken, systematisch meer wordt gegeven dan aan zij die over weinig beschikken. Wie (meer) heeft, zal (meer) krijgen.
Dit leidt vanzelfsprekend tot een alsmaar groter wordende kloof in welvaart en financiële slagkracht. Dit is ten dele het gevolg van een hogere sociale status en een sterkere machtspositie die toelaat om zich meer toe te eigenen. De belangrijkste bijdrage aan dit effect wordt echter geleverd door het verschil in bezit van financiële activa, vooral dan wat de aandelencomponent van het vermogen betreft.
Stocks for the long run
De exponentiële ontwikkeling van de aandelenmarkten zorgde voor een overweldigende toename van het vermogen van aandelenbezitters, zeker wanneer dergelijke beleggingen over opeenvolgende generaties in een goed gediversifieerde portefeuille werden aangehouden.
Één voorbeeld volstaat om dit effect ten volle te illustreren: iedereen die min of meer thuis is in het vakgebied finance, kent het baanbrekende onderzoek van Jeremy Siegel[2] waarbij de bestsellerauteur de evolutie volgde van 1 dollar die in 1802[3] in een representatieve Amerikaanse beursindex werd geïnvesteerd. Inclusief alle herbelegde dividenden, zou tegen eind 1990 de waarde hiervan opgelopen zijn tot een verbazingwekkend bedrag, met name 955.000 dollar.
From the ashes of disaster grows the rose of success
Wie liever wat recentere statistieken krijgt voorgeschoteld: dit bedrag zou op het einde van 2024 liefst 33,5 miljoen dollar (!) waard zijn. Weliswaar na een gewaagd avontuur enscherend langs vervaarlijke afgronden over een pad bezaaid met tussentijdse ontgoochelingen, ontelbare crisissen en rampen van klein en groot formaat. Een proces van vallen, en telkens weer opstaan.
Deze evolutie geldt ook voor een goed gediversifieerde internationale portefeuille, al moet gezegd dat sinds 1996 (en vooral na 2014) de Amerikaanse beurs een veel sterkere prestatie wist neer te zetten, in vergelijking met de Wereldindex (en vooral ten opzichte van de Eurozone).
Indien deze éne dollar in 1802 in korte termijnbeleggingen werd geplaatst zou op 31 december 2024 de nominale tegenwaarde ervan 8.643 dollar bedragen. Een onbeduidende fractie van het vermogen dat gecreëerd had kunnen worden via aandelen.
Mattheus 25:29 Want aan ieder die heeft, zal gegeven worden
Het contrast is schrijnend maar daarom niet wraakroepend. We werden er immers 2000 jaar geleden al ondubbelzinnig voor gewaarschuwd dat een dergelijke effect deel zou uitmaken van de maatschappelijke ontwikkeling, met name in Mattheus’ parabel van de talenten[4] : Wie veel heeft (omdat hij zijn talenten heeft aangewend), krijgt nog meer. En het weinige wat je hebt, zal je nog worden ontnomen als je je talenten niet benut hebt. Aanstootgevend voor de oppervlakkige lezer, inspirerend voor wie wat verder durft te kijken: Excuses om je talenten niet aan te wenden, worden niet aanvaard. Ook al betekent dit dat je soms via een erg wankele brug over een diepe afgrond moet.
Het afgelopen jaar vormde een zoveelste illustratie van het steeds verder uitdijende Mattheuseffect op de financiële markten en dit op meerdere vlakken.
Vooreerst zette de wereldindex zijn klim verder met een jaarresultaat[5] van 25 %, ondanks het hindernissenparcours dat hiervoor in 2024 afgelegd moest worden. Deze uitstekende prestatie volgt op een stijging met 17 % in het voorafgaande jaar, waarmee het verlies van 15 % uit het debacle van 2022 ruimschoots werd goedgemaakt.
Grafiek 1 : Evolutie beurzen in 2024
Unterschied muss sein
De geografische verschillen bevestigen de trend die zich nu al een decennium doorzet: de sterkste prestatie komt opnieuw uit de VS, met een toename van ruim 34% (waarvan 6 % afkomstig is van de stijging van de dollar ten opzichte van de euro), op respectabele afstand gevolgd door India (+20 %). De opvallende beursprestatie van China (+27 % op jaarbasis) in het afgelopen jaar compenseert het verlies van 20 % in 2023. Dit was echter enkel te danken aan het drieste overheidsingrijpen waarmee de regering de groeiende problemen bij de Rode Reus tracht te verhelen. Aan de onderkant van de prestatietabel over 2024 vinden we Portugal (-22 %), Mexico (-25 %) en Brazilië (-30 %) maar ook, voor het eerst in jaren, buitenbeentje Denemarken met een verlies van 8 %.
De verschillen worden echter dramatisch groot wanneer we naast de landen of regio’s ook de sectorale prestaties in kaart brengen. De sprankelende return van de Amerikaanse technologiesector (+50 %) graaft in 2024 de kloof met andere sectoren en regio’s nog dieper uit. De enige component die ietwat weerwerk wist te bieden, was de Europese banksector[6] met een verrassende stijging van 23 % (na een eveneens uitstekende prestatie in 2023).
De meest tot de verbeelding sprekende prestaties kwamen andermaal van de mega-grote groeiaandelen, gedomineerd door de Magnificient Seven en de Fang-index, die steeg met 60 %. Dit leidde op zijn beurt tot een stijging van de Amerikaanse Large-Cap Growth-index met 48 %, zowat het dubbele van de andere stijlcomponenten die zich concentreren op Value of Small-Cap[7].
The winner takes it all.
Deze evolutie maskeert echter een toenemende neiging tot concentratie. Nadat de stijging van de S&P-beursindex in 2023 al toe te schrijven was aan een zeer beperkt aantal waarden, accentueerde deze trend zich nog verder in het afgelopen jaar. 5 van de 500 bedrijven van de S&P-index zijn verantwoordelijk voor 50 % van de winststijging, met name Nvidia, Apple, Amazon, Broadcom en Tesla. Eerstgenoemde neemt daarenboven bijna een kwart van de totale waardestijging van de meest representatieve beursindex voor zijn rekening. Voeg hieraan onder meer Microsoft, Alphabet en Eli Lilly toe en je kan met 15 aandelen (3 % van de index) tot 75 % van de toename van de beurs verklaren.
Geen twee zonder drie?
In de pers wordt nu veel verwezen naar het uitzonderlijke feit dat zich (in 2023 en 2024 in de VS) twee jaarstijgingen van meer dan 20 % na mekaar voordoen. De laatste keer dat zoiets zich voordeed, was ergens in de jaren ’90. Dit wordt als een slecht voorteken aanzien wat betreft het komende beursjaar, maar dit is noch statistisch, noch economisch correct. De statistieken geven immers precies het omgekeerde aan: wanneer er zich twee superjaren na elkaar voordoen, dan volgt er meestal nog een derde. Het economische plaatje voor 2025 oogt daarenboven vrij positief, met een verdere toename van de bedrijfswinsten, een stimulerend economisch beleid en stabiele inflatie. Maar het jaar is nog erg lang en geeft zijn geheimen voorlopig niet prijs. Daarenboven verwachten we pas een echte groeispurt van de bedrijfsresultaten in 2027 en dat is nog relatief ver weg.
Please Sir, we want more ... (Oliver Twist)
Ondanks de fraai ogende beursprestaties in 2024 zijn we niet echt tevreden. Vooreerst had het allemaal (nog) beter moeten zijn wat betreft de aandelenbeurzen, terwijl de obligatiemarkten onnodig verdere averij opliepen. De verhoopte rentedaling bleef beperkt tot het doorvoeren van een twee- à drietal knippen in de beleidsrente, terwijl de lange termijnrente -tegen alle verwachtingen in- verder toenam met een kwart tot een half procent in Europa en zelfs driekwart procent in de VS en het VK.
De oorzaak voor ons hongergevoel op de aandelen- en ontgoocheling op de obligatiemarkt, is telkens terug te voeren tot hetzelfde argument. Door de ondoordachte monetaire politiek van de Fed (en in navolging ervan, de ECB) bleef de inflatie onnodig hoog.
Een vleugje opbouwende kritiek
Omdat we toch even bij Robert K. Merton op bezoek zijn: in 2024 vinden we twee van zijn (vele) begrippen[8] terug, met name organizational dysfunctions en selffulfilling prophecy[9]. Het eerste behandelt een veelvuldig voorkomend fenomeen waarbij er (officiële) functies worden voorzien, die hun taak niet naar behoren vervullen en hierdoor de maatschappij ernstige schade berokkenen. Zoals de centrale banken in 2023 - 2024.
Het tweede is momenteel een zeer toepasselijk begrip op de huidige monetaire politiek: de Fed meent dat de inflatie bestreden moet worden door rentestijgingen, maar deze hoge rente drijft de inflatie hoger door de stijgende financieringskosten. Deze hogere inflatie zet de Fed vervolgens aan om de rente hoog te houden, terwijl precies het omgekeerde moest gebeuren. Moeilijk om te weerleggen want de monetaire overheid zal uiteindelijk datgene wat is gebeurd aanvoeren als het bewijs dat zij het bij het rechte eind heeft. Het resultaat is dat de inflatie en de rente mekaar versterken in plaats van af te zwakken. Hinderlijk, maar niet fataal.
Genoeg getalmd, we beginnen ermee, met dat nieuwe jaar.
[1] Robert King Merton (1910- 2003) was een gerenommeerde sociale wetenschapper en mede-grondlegger van de wetenschapssociologie. Overigens niet te verwarren met Robert Carhart Merton, de Nobelprijswinnaar van 1995 die de fundamenten legde voor de optieleer, waaruit later Fisher Black en Myron Scholes (en iets later Steve Ross) hun optiemodellen wisten af te leiden. Parels aan de reeds rijkelijk versierde kroon van de wetenschap. Klein detail: Robert C. is de zoon van Robert K. De appel viel niet ver van de boom.
[2] Jeremy Siegel (1992) Stocks for the long run. Financial Analysts Journal
[3] In huidige koopkracht-termen komt dit ongeveer met 25 à 30 $.
[4] Een talent was oorspronkelijk een geldmaat die overstemt met het loon dat een vakman in zijn leven kon verdienen.
[5] We bekijken hier enkel de prijsindex, uitgedrukt in euro.
[6] Een exploot met een zwart randje, weliswaar, vermits dit resultaat vooral gerelateerd is aan de marge-verbreding die het resultaat is van het verschil tussen de interbancaire rente en de vergoeding voor spaardeposito’s.
[7] Large en Small cap verwijst naar de marktkapitalisatie van de aandelen. Growth en Value verwijzen naar de waardering van deze aandelen, gemeten op basis van de koers/winstverhouding. s
[8] Ook het begrip “rolmodel” komt van R.K. Merton.
[9] De term dateert uit het midden van de 19de eeuw maar werd door Robert K. Merton van een exacte definitie voorzien: Een in aanvang verkeerde definitie van het probleem dat nieuw gedrag uitlokt waardoor de oorspronkelijke foute definitie toch juist lijkt te zijn. Ingewikkeld? Toch niet. Stel dat u een kelner is in een restaurant. U vermoedt dat de klant die u bedient toch geen fooi zal geven. Daarom bent u onvriendelijk en krijgt u inderdaad geen fooi.
Lees meer
-
5 positieve verrassingen in 2025
18 december 2024Waar we het ooit gelezen hebben en hoe dit precies gemeten wordt, dat zijn we helaas vergeten. Maar uit wetenschappelijk onderzoek zou blijken dat het vijfmaal meer energie vergt om een vrolijk deuntje te bedenken, dan om een treurzang te componeren.
-
De zon gaat op in het Westen
9 december 2024Voormalig President Ronald Reagan stelde dat hij de VS als het Bijbelse Beloofde Land beschouwde, en liet er geen twijfel over bestaan dat dit in de letterlijke zin geïnterpreteerd diende te worden. Een flink deel van de Amerikaanse bevolking deelt die mening. Voor een ander deel staat de dagdagelijkse realiteit echter veraf van deze utopie. Maatschappelijke analyses wijzen op groeiende ongelijkheid, toenemende sociale problemen en een gapende kloof inzake ethische vraagstukken die leiden tot verscherpte politieke spanningen.
-
Amerika kleurt rood
6 november 2024Het lijkt erop dat Trump – met overwicht – de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2024 naar zich toe zal trekken. In de media werd een nek-aan-nekrace voorspeld, maar daarbij werd (voor de zoveelste keer) onvoldoende rekening gehouden met het disproportionele systeem van kiesmannen. In de voorafgaande maanden van deze stembusgang namen de financiële markten een duidelijker standpunt in waarbij aan de Republikeinse kandidaat een kans van meer dan 70 % werd toegekend.