Zo rij je met je elektrische auto vlot de winter door

De actieradius van een elektrische auto is het maximaal aantal kilometer dat je met de auto kunt rijden zonder te moeten opladen. In de winter kan die omwille van verschillende redenen 25 tot 30 % lager zijn dan in de zomer:

• De chemische processen van de batterij van een elektrische auto verlopen trager bij koude temperaturen, vooral bij minder dan 10°C.
• De warmte van je autoverwarming wordt volledig door de batterij gegenereerd. Als je de verwarming aanzet, daalt de actieradius dus aanzienlijk. Er komen nu wel modellen op de markt met een optionele warmtepomp, waardoor het niet meer de batterij is die de warmte genereert.
• Elektrische auto’s hebben een batterijmanagementsysteem. Dat zorgt ervoor dat de batterij optimaal gebruikt wordt zodat ze een langere levensduur heeft. Bij koude grijpt het systeem in en wordt de actieradius beperkt.
• Het systeem dat energie recupereert bij het remmen is bij lage temperaturen minder actief, om de batterij te sparen.

Zo hou je de actieradius zo goed mogelijk op peil in de winter:

• Bij temperaturen rond het vriespunt begint een batterij al licht te ontladen. Zet je auto dus zoveel mogelijk binnen of beschut zodat de temperatuur van de batterij niet te veel daalt.
• Verwarm je auto al een uurtje voor je vertrekt met de app op je smartphone terwijl de auto nog aangesloten is op het laadpunt. Zo vermijd je dat je koud moet starten en dat de batterij de auto moet verwarmen. Extra voordeel: je ruiten zullen meteen ook ijsvrij zijn.
• Zet onderweg beter de zetelverwarming aan dan de interieurverwarming. Die verbruikt tot een kwart minder stroom. Kies je toch voor de interieurverwarming? Zet ze dan niet constant aan en uit maar hou ze de hele tijd op de laagste stand om energie te besparen.
• Gebruik tijdens het rijden zo weinig mogelijk bijkomende elektronica. Smartphones aansluiten en opladen vermijd je bijvoorbeeld beter.

• Zorg dat de batterij altijd minstens 20 % opgeladen is. Dat is nodig om de binnenruimte van de auto te kunnen verwarmen. Bij lage temperaturen kan het langer duren dan gewoonlijk om de batterij op te laden.
• Gebruik je je auto enkele dagen niet? Zorg er dan voor dat de batterij voor minstens de helft opgeladen blijft.
• Bewaar bij lage temperaturen je laadkabel best binnen. Ligt hij buiten? Let er dan op dat hij niet bevriest. Als dat toch gebeurt, kun je hem ontdooien met een warmwaterkruik. Gooi er nooit een emmer heet water op want de kabel staat onder spanning.
• Neem altijd een laadkabel mee voor onderweg.

• Trek niet te snel op in de sneeuw of op gladde wegen.
• Rij met een constante snelheid en verlaag je snelheid met minstens 10 of 15 kilometer per uur.
• Heeft je auto een eco- of winter-modus? Activeer die dan. Zo bespaar je energie en beperk je het risico op slippen.
• Pas je rijgedrag aan en bespaar energie door bijvoorbeeld proactief te vertragen als je een zone met druk verkeer nadert.

Elektrische auto’s zijn zwaarder, hebben een hoger koppel (vermogen) en accelereren snel. Daardoor is het slipgevaar op natte of gladde wegen groter. Bovendien zijn de banden meestal groter en werken de zogenaamde ‘all season’-banden niet zo goed.

Winterbanden zijn dus aangeraden, zeker als de buitentemperatuur onder 7°C daalt. Ze zorgen voor een betere grip en kortere remafstand. Autobanden moeten in alle weersomstandigheden hun soepelheid bewaren en bij winterbanden is dat ook bij koud weer het geval. In sommige landen zijn winterbanden zelfs verplicht bij winterse omstandigheden.